maandag 12 november 2018

Familiegeschiedenis : George Elder 1824

Op 6 april 1824 overleed George Elder, aangenomen kind van William Elder. George werd op 7 april begraven op het Nieuwe Kerkhof door de heer Ferrier als gemachtigde van William Elder.
George was zeer waarschijnlijk een zoon van William Elder en Jenny (Jeanij) van Elder en geboren na 1810, het jaar dat William Elder Jenny en haar drie zoons Charles, William (mijn directe voorvader) en John vrijmaakte uit slavernij. William was de vader van deze drie kinderen van Jenny, die na hun vrijlating de achternaam Van Elder droegen. Zeer waarschijnlijk heeft William al zijn kinderen ergens in de jaren tussen 1810-1824 aangenomen en zijn achternaam aan hen gegeven. William en Jenny sloten pas in 1837 een wettig huwelijk.

NL-HaNA_1.05.11.16_33_0267

NL-HaNA_1.05.11.16_33_0267

NL-HaNA_1.05.11.16_40_0035
NL-HaNA_1.05.11.16_40_0035
Bronnen:
www.gahetna.nl  1.05.11.16 DTB Suriname inventarisnummers 33 en 40.

dinsdag 23 oktober 2018

Guyanese archieven bij het Nationaal Archief online

Archieven betreffende de voormalige Nederlandse koloniën Demerara, Essequibo en Berbice die in Guyana berusten zijn gedigitaliseerd en online bij het Nationaal Archief te raadplegen.
Dit is zeker ook interessant voor onderzoekers die zich bezig houden met de geschiedenis van Suriname
http://www.gahetna.nl/actueel/nieuws/2018/dutch-series-guyana

maandag 8 oktober 2018

Corpus Draculianum 2018

Onlangs is in de reeks bronnenpublicaties : Corpus Draculianum  Briefe und Urkunden, Teilband 1,2: Die Überlieferung aus Ungarn, Mitteleuropa und dem Mittelmeerraum uitgebracht. Dit is een vervolg op het in 2017 uitgegevenTeilband 1,1 met documenten uit de Walachijse kanselarijen met betrekking tot Vlad Tepes, ook bekend als Vlad Dracula.

In dit deel zijn 122 brieven, verslagen, oorkonden opgenomen die zijn gevonden in de archieven in Hongarije, Italië, Turkije, Polen, Duitsland, Oostenrijk en Roemenië.

De documenten gaan voor het grootste deel over de handel en wandel van Vlad in 1461-1462 (strijd tegen de Turken) en 1475-1476 (zijn terugkeer als bestrijder van de Turken).
Zie ook mijn eerdere post over de reeds verschenen delen.
Het laatst deel in de reeks : deel 2 wordt in 2020 verwacht
Corpus Draculianum


Corpus Draculianum
Corpus Draculianum

vrijdag 5 oktober 2018

Wat is een mens waard?

In Suriname vóór 1863 was er een groep mensen van grote waarde : de onvrije slavenbevolking.
De waarde van de slaven werd bepaald door hun arbeidsvermogen.
Van belang voor dit arbeidsvermogen waren : geslacht, leeftijd, vakbekwaamheid, vaardigheden en gezondheid.
Al deze factoren droegen bij aan de hoogte van de (verkoop)waarde van de onvrije mensen.

In de slavenlijsten te vinden in boedelinventarissen van particulieren en plantages kan men gegevens vinden over kwalen, ziekten, aandoeningen, verwondingen, gebreken en ouderdom, zwangerschappen enz. van individuele slaven en slavinnen.
 Veel voorkomende aandoeningen waren: boasie (lepra, melaatsheid), jas of jaas (framboesia), en zweren. Waarschijnlijk zijn veel van de genoemde “zweren” ook veroorzaakt door Leishmania, en alle mogelijke bacteriën en schimmels. Afbeeldingen op internet van tropische huidaandoeningen geven een idee van het lijden van door deze ziekten getroffen mensen.

Veel zweren en ontstekingen zaten op benen en voeten. Omdat slaven geen schoeisel mochten dragen en ook op de plantage grotendeels met een bloot lichaam moesten werken, liepen ze extra risico op verwondingen. Aantasting van het immuunsysteem door eenzijdige voeding en werk gerelateerde stress verhoogden de gevoeligheid voor infecties.

Het Koloniaal Bestuur probeerde vergeefs verspreiding van besmettelijke ziekten tegen te gaan
Zo is er het Plakkaat van 1761 om verspreiding van besmettelijke ziekten tegen te gaan. Dit plakkaat werd nogmaals uitgevaardigd in 1778. Let op: de bezorgdheid van de koloniale bestuurders gold de alleen voor de gezondheid van de Blanken. 
 
bron : https://www.nationaalarchief.nl/   NL-HaNA_1.05.10.02_223_0039

In 1780 volgde een verbod op het verkopen van slaven met boasie en krankzinnigheid.


bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.10.02_224_0289
Hier volgen enkele voorbeelden van aandoeningen (periode 1780-1807) te vinden In het archief 1.05.11.14 Notarissen in Suriname tot 1828 in de serie Inventarisaties en prisaties (schattingen) van boedels. Het betreft meestal boedels en nalatenschappen bij overlijden

Cicero eet grond. Waarde 50,-(Boedel van A. van Groeneveld, 24 april 1800)

bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_293_0344


 
Winst en Pransa leden aan de Pokken. Beide waren 500,- waard  (Boedel van de Vrije Dido van Moortel 26-1-1800)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_293_0423

 
Hena (Abena?) Ontwrichte heupen ( Plantage Gelderland, 21 juli 1801)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_294_0075



Catto : een vloeing in de baarmoeder. Waarde 300,- gulden (Plantage Stolkert, 18 september 1801)

bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_294_0382
 
Het meisje Iris : doodgaande met loopende seeren. Waarde 000. Iris was hoogstens 12 jaar oud.
(Plantage Hecht en Sterk, 19 september 1801)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_294_0430
 
 Ponto bij de chirurgijn met een gonorhea. Waarde 1000,- gulden  ( Plantage Saxen, 22 september 1801)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_294_0463
 
Zwangere slavinnen werden soms naar Fort Zeelandia gestuurd om daar te bevallen.
 
Diverse vrouwen waren Zwanger Aan het Fort om te kraamen (Plantage Frederikslust, 18, 19 en 21 december 1801)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_294_0887


Truij Aan het Fort om te kraamen. Waarde 800,- gulden (de Grond Combé, Plantage Maretraite 28 februari 1802)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_297_0161
SOA's bij jonge jongens en meisjes

De jongen Jacob: in de kuur met venerique seeren. Jacob was hoogstens 12 jaar oud. (Plantage Carelsburg, 25 en 26 december 1801)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_294_0931
4 meisjes met venerische ziekten. Deze meisjes waren hoogstens 12 jaar oud (Plantage Perou, 23-24 mei 1802)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_295_0476
Het meisje Eva : met venerische ziekten. Eva was hoogstens 12 jaar oud. (Plantage Boxel 26-28 januari 1793)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_709_0120

Het meisje Charlotte met de venusziekte. Waarde 200,- gulden. Charlotte was hoogstens 12 jaar oud. 
(Plantage Naaldwijk, 23 maart 1787

bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_707_0224
 
Risico. Ter genezing bij Francina van Doesburg. (Boedel Sophia Johanna Lemmers, 28 april 1807)

bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_297_0629

Maria met bonkziekten was 250,- gulden waard. (Plantage Naaldwijk, 23 maart 1787.)
 bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_707_0224
Catharina met boasie (Plantage Croewassibo, 27-28 april 1793)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_708_0223

 
Orestes manqueerd een toon aan een voet ( Plantage Munnikendam, 24 november 1788)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_707_0322

Maandag met een houte voet (Plantage Munnikendam, 24 november 1788)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_707_0322


Sommige plantages beschikten over een ziekenhuis en of medisch personeel zoals een arts (dressiman) of vroedvrouw. Ook in Paramaribo troffen sommige eigenaren voorzieningen voor hun zieke slaven

Gemakhuis voor zieke slaven (Boedel J.G. Neitsch 11 november 1793)

bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_708_0269
 
April met venerische zweeren (Plantage Boxel 26-28 januari 1793)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_709_0118

Kaatje met opgestopte stonden (Plantage Boxel 26-28 januari 1793)

bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_709_0119

Philida zonder handen (Plantage Boxel 26-28 januari 1793)
bron : https://www.nationaalarchief.nl/ NL-HaNA_1.05.11.14_709_0119
 
Lijsje oud en blind (Plantage Boxel 26-28 januari 1793
 
bron : https://www.nationaalarchief.nl/  NL-HaNA_1.05.11.14_709_0119

Natuurlijk kwam een groot aantal kwalen en aandoeningen ook voor onder de vrije bevolking in Suriname, zowel kleurlingen en blanken.  Maar vrije mensen hadden geen waarde.
Bronnen:

https://www.nationaalarchief.nl/ het archief 1.05.11.14 Notarissen in Suriname tot1828, inventarisnummers 293-295, 297,707-709 

zaterdag 8 september 2018

Creolen en zoutwaternegers

In Koloniaal Suriname werd in de slavenbevolking van onderscheid gemaakt tussen mensen van Afrikaanse herkomst, maar geboren in de kolonie en de nieuw aangevoerde Afrikanen.De eerste groep werd aangeduid met de term creool of criool. De tweede met de term zoutwaterneger of zoutwaterslaaf, soms ook als nieuwe neger.
In sommige slavenlijsten worden de genoemde mannen, vrouwen en kinderen met de aanduiding (al dan niet afgekort) creool en zoutwaterneger (zw. of zw.r) geduid.

 juni 1783 Schip Het Vaderland Getrouw arriveert uit Afrika met ca. 200 mensen


Bron https://www.nationaalarchief.nl/ 
NL-HaNA_1.05.10.01_124_0135
Nieuwe jongens Willem en Jek, nieuw meisjes Nellie en Fanny, boedel inventaris A. Blom en J.E.E. Griethuijsen, 8 februari 1800



Bron https://www.nationaalarchief.nl/  
NL-HaNA_1.05.11.14_293_0143

Plantage Lustwijk 3 september 1807
Nieuwe slaven  aangekocht 21 december ll



Bron https://www.nationaalarchief.nl/ 
NL-HaNA_1.05.11.14_298_0286
 Nieuwe slaven  aangekocht in de maand augustus



Bron https://www.nationaalarchief.nl/ 
 NL-HaNA_1.05.11.14_298_0288

 Plantage Munnikendam, 24 november 1788
Creolen en z.w.



Bron https://www.nationaalarchief.nl/ 
NL-HaNA_1.05.11.14_707_0321

 Plantage Croewasibo 27-28 april 1793
Aangekochte zoutwater slaaven



Bron https://www.nationaalarchief.nl/ 
NL-HaNA_1.05.11.14_708_0222

 
Plantage Den Briel 29 juni 1794
Zoutwater



Bron https://www.nationaalarchief.nl/ 
NL-HaNA_1.05.11.14_709_0203

Plantage Mondesir 17-18 december 1799
 Lijst met creolen en zoutwaterslaven



Bron https://www.nationaalarchief.nl/ 
NL-HaNA_1.05.11.14_709_0361




Bron https://www.nationaalarchief.nl/ 
NL-HaNA_1.05.11.14_709_0361




Bron https://www.nationaalarchief.nl/ 
NL-HaNA_1.05.11.14_709_0361




Bron https://www.nationaalarchief.nl/ 
NL-HaNA_1.05.11.14_709_0361
Of alle “zoutwaternegers” ook uit Afrika kwamen is niet helemaal duidelijk want er werden soms ook slaven ingevoerd uit het Caraïbisch gebied, die kwamen eigenlijk ook over zee.

1.05.11.14 Notarissen in Suriname tot 1828, inventarisnummers 293, 298, 707-709  
1.05.10.01 Gouvernementssecretarie invnr. 124

vrijdag 7 september 2018

Een familie van slaven

Mijn voormoeder Prinses van Van Meel (1714-1792) was samen met haar kinderen (3 zoons en 1 dochter), kleinkinderen en achterkleinkinderen eigendom van Alida Wossink en haar 3 achtereenvolgende echtgenoten. Toen Prinses in 1772 de vrijheid kreeg bleven haar nazaten in bezit van Wossink In 1785 kreeg Prinses haar oudste zoon Cojo vrij. Wossink en haar laatste echtgenoot Coetzee overleden kort na elkaar in het najaar van 1785. Prinses had het geluk dat haar hele familie bij elkaar was gebleven bij hun eigenares Ook daarna bleven ze bij elkaar. De meeste afstammelingen van Prinses konden in de jaren na 1792, 1798-1799 gezamenlijk hun vrijheid verwerven.

Niet alle slavenfamilies hadden dit geluk. In veel slavenlijsten van de plantages worden de slaven opgesomd in de volgorde: mannen, vrouwen, jongens en meisjes, zonder onderlinge verwantschap.
Toch zijn er ook lijsten waarin wel de verwantschap tussen moeders en kinderen wordt vermeld. Soms werden een aantal slaven echt aangeduid als een familie. Dit is echter alleen maar de relatie moeder-kind-kleinkind. Bij deze wijze van vermelden zijn ook broers-zusters te herkennen.
De vaders waren waarschijnlijk bij deze slavenfamilies bekend en mogelijk soms ook bij de eigenaren, maar werden niet geregistreerd. Het vaderschap speelde voor de slaveneigenaar geen enkele rol.

Boedelinventaris Sara Robles de Medina, 16 oktober 1802
 
Dulcina, mulattin met haar seeven kinderen ......
Betje met haar twee kinderen.......


Bron: www.nationaalarchief.nl 
NL-HaNA_1.05.11.14_295_0820

Menja met haar kind Willem

Bron: www.nationaalarchief.nl 
NL-HaNA_1.05.11.14_295_0821

 
Clara met haar kind Truij, Betanje met haar dochter Jeanne
Bron: www.nationaalarchief.nl 
NL-HaNA_1.05.11.14_295_0821

Boedelinventaris de Vrije Daphina van Rocheteau, 10 februari 1810
Een familie slaaven bestaande in ........

Bron: www.nationaalarchief.nl 
NL-HaNA_1.05.11.14_300_0182
 Een familie slaaven bestaande in......
Bron: www.nationaalarchief.nl 
NL-HaNA_1.05.11.14_300_0183

 Boedelinventaris J.G. Reitsch, 11 november 1793
 
Pieter, alias Hendrik, mulat zoon van Kaatje......
Bron: www.nationaalarchief.nl 
NL-HaNA_1.05.11.14_708_0273

Boedelinventaris Simon Abraham de Vries, maart 1794
Een neegerin genaam Affie met haar dochter Abena
Bron: www.nationaalarchief.nl 
NL-HaNA_1.05.11.14_708_0292
de huijsmeid (Abena) met 't mulattemeisje Kettje & zoon Cojo, Winkeljonge & Champagne....
Bron: www.nationaalarchief.nl 
NL-HaNA_1.05.11.14_708_0293
 
 De Grond Nieuw Weerga 29 juli 1804
......
Delia, criolin, dogter van de neegerin Carolina
.........

Bron: www.nationaalarchief.nl 
NL-HaNA_1.05.11.14_708_0530
 Philip, criool voetebooy, Bras idem, beide kinderen van de negerin Carolina
Bron: www.nationaalarchief.nl 
NL-HaNA_1.05.11.14_708_0530

Bron :
In het archief 1.05.11.14 Notarissen in Suriname tot 1828 zitten series Inventarisaties en prisaties (schattingen) van boedels. Het betreft meestal boedels en nalatenschappen bij overlijden.

Ik heb een aantal jaren tussen 1780-1810 nagekeken op informatie over de mensen die als slaven tot deze boedels behoorden. Er is veel informatie te vinden over de slavenbevolking zowel op plantages als in het huishouden van particulieren.


Bron https://www.nationaalarchief.nl/ het archief 1.05.11.14 Notarissen in Suriname tot 1828, inventarisnummers 293-301, 706-709